toetsvoorbereiding 1C

1.

1 point

Werkloosheid is een

pushfactor

pullfactor

2.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Arbeidsmigranten zorgen voor meer nieuwe immigranten door gezinsvorming en gezinshereniging
II Vluchtelingen komen naar Nederland om hier geld te verdienen

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

3.

1 point

Werkgelegenheid is een

pushfactor

pullfactor

4.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I In ontwikkelingslanden zijn de steden dichtbevolkt
II In rijke landen zijn de plattelandsgebieden dichtbevolkt

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

5.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Oorlog is een voorbeeld van een pushfactor
II Een natuurramp is een voorbeeld van een pullfactor

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

6.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Een gevolg van immigratie is meer culturen in het land
II Een gevolg van immigratie is dat er veel hoogopgeleide nieuwe werknemers komen.

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

7.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Een gevolg van emigratie is dat er veel oudere mensen achterblijven
II Een gevolg van emigratie is dat het land meer rijkdom krijgt

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

8.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Turken en Marokkanen wonen vooral in Oost-Nederland
II Turken en Marokkanen wonen vaak verspreid over de stad

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

9.

1 point

Pim verhuist van Amsterdam naar Rotterdam. Hier is sprake van....

Immigratie

Emigratie

Buitenlandse migratie

Binnenlandse migratie

10.

1 point

Als er meer oudere mensen zijn dan jongere mensen is er sprake van

bevolkingsgroei

Ontgroening

Vergrijzing

11.

1 point

Petra verhuist van New York naar Amsterdam. Voor Nederland is zij een....

Binnenlandse migrant

Immigrant

Emigrant

12.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Natuurlijke bevolkingsgroei ontstaat als er meer mensen sterven dan er geboren worden.
II Gezinnen in Nederland worden steeds groter

I is juist

II is juist

I en II is juist

I en II zijn onjuist

13.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Het aantal inwoners per vierkante kilometer is de bevolkingsspreiding
II Natuurlijke omstandigheden zorgen ervoor dat mensen gelijk verdeeld zijn over een gebied

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

14.

1 point

De vader van Piet is geboren in Londen. Piet is een allochtoon.

Waar

Niet waar

15.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Mensen in ontwikkelingslanden verhuizen van de stad naar het platteland
II De bevolkingsdichtheid in Nederland is hoog

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

16.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I De bevolkingsgroei neemt af
II De bevolkingsgroei is het grootst in rijke landen

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

17.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Iemand die in het buitenland geboren is en nu in Nederland woont noemen we een allochtoon
II Iemand van wie de vader in het buitenland geboren is noemen we een allochtoon

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

18.

1 point

Achmed is geboren in Iran en woont nu twee jaar in Nederland. Achmed is een allochtoon

Waar

Niet waar

19.

1 point

Julliet verhuist van Rome naar Amsterdam. Vanuit Nederland gezien is zij een .....

Binnenlandse migrant

Immigrant

Emigrant

20.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Verhuizen binnen een land noem je binnenlandse immigratie
II In rijke landen verhuizen mensen van de stad naar het platteland

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

21.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I In arme landen worden veel kinderen geboren omdat kinderen voor hun ouders kunnen zorgen
II In arme landen worden veel kinderen geboren omdat mensen weinig voorbehoedsmiddelen gebruiken

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

22.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I In een bevolkingsgrafiek vind je informatie over de bevolkingsopbouw
II In rijke landen heeft de bevolkingsgrafiek de vorm van een piramide

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

23.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Rond 1850 groeide de bevolking bijna niet
II In arme landen groeit de bevolking heel snel

I is juist

II is juist

I en II juist

I en II zijn onjuist

24.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I Veel immigranten in Nederland komen uit de vroegere kolonies
II Veel immigranten in Nederland komen uit Turkije en Marokko

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

25.

1 point

Beoordeel de volgende uitspraken:
I De poolgebieden zijn dichtbevolkt
II Woestijngebieden zijn dunbevolkt

I is juist

II is juist

I en II zijn juist

I en II zijn onjuist

26.

1 point

Vervolging om je geloof is een

pushfactor

pullfactor